Roosendaal

ChristenUnie wil weten of Roosendaal genoeg doet tegen kinderarmoede

Briefgeld en munten ter waarde van zo'n 55 euro

Bianca van Vugt Bianca van Vugt

De ChristenUnie in Roosendaal wil weten of de gemeente genoeg doet tegen kinderarmoede. De partij vraagt zich af of Roosendaal weet hoe veel kinderen er in armoede leven. En of die groep gebruik maakt van de armoederegelingen die er zijn. De ChristenUnie stelt hierover schriftelijke vragen aan burgemeester en wethouders.

De ChristenUnie wil weten wat de gemeente Roosendaal doet met de jaarlijkse Klijnsma-gelden. Dat geld is bedoeld voor het bestrijden van armoede bij kinderen. Uit een landelijke evaluatie bleek vorig jaar dat bijna de helft van de gemeenten het geld gebruikt voor algemeen armoedebeleid of zelfs voor iets anders. En dus niet voor kinderarmoede. Dat schrijft de ChristenUnie aan burgemeester en wethouders. De partij wil weten hoe het in Roosendaal is geregeld met de Klijnsma-gelden.

Hoe groot is groep arme kinderen in Roosendaal?

“Opgroeien in armoede laat vaak diepe sporen na. Daarbij dreigt er in de huidige coronatijd voor nog meer gezinnen armoede en wordt al bestaande armoede meer zichtbaar,” schrijft Karen Suijkerbuijk-Ader van de ChristenUnie. Volgens het raadslid weet 29 procent van de gemeenten niet hoe veel van hun kinderen er in armoede leven. “Vooral de kinderen van de werkende armen worden gemist.” Daarom wil de ChristenUnie weten of Roosendaal wél weet hoe groot de kinderarmoede in de gemeente is. En wat de gemeente doet om die groep te bereiken.

De partij wil ook weten of Roosendaal jaarlijks Klijnsma-gelden krijgt, hoe veel dat dan is en natuurlijk ook wat er met dat geld gebeurt. Gemeenten hebben altijd al speciale regelingen voor mensen die moeten rondkomen van een minimum inkomen. Maar daar blijkt lang niet iedereen die er recht op heeft ook gebruik van te maken. De ChristenUnie vermoedt dat dit ook zo is bij regelingen voor kinderen in armoede. “Zijn de gemeentelijke regelingen voor kinderen in armoede voldoende bekend bij en vindbaar voor de doelgroep?,” vraagt Suijkerbuijk-Ader zich af.

Gemeenten hebben niet dezelfde regelingen

Het raadslid wijst op een onderzoek van de Gemeentelijke Ombudsman in de regio Rotterdam. “De twee belangrijkste conclusies waren 1) dat het bereik van de regelingen te beperkt is en 2) dat er grote verschillen zijn tussen de verschillende gemeenten in die regio. Denk hierbij aan het wel of niet krijgen van een laptop of een fiets in exact dezelfde situatie,” schrijft Suijkerbuijk-Ader aan burgemeester en wethouders. Ze wil weten of er in West-Brabant ook zulke verschillen zijn tussen de verschillende gemeenten. Ook vraagt het raadslid of er tijdens deze coronaperiode extra aandacht is voor kinderen in armoede.