Gemeente niet blij met onderzoek naar kerncentrales: ‘Kernenergie géén onderdeel van opgave voor Moerdijk’

De gemeente Moerdijk is niet te spreken over een onderzoek van de Provincie Noord-Brabant over kleine kerncentrales. Daarin komt Moerdijk als een van de mogelijke locaties naar voren. Volgens de gemeente zit een plan voor een kerncentrale niet in de planning van Powerport tot aan 2050.

Het onderzoek richt zich volgens de gemeente alleen op locaties waar mogelijk een kleine kerncentrale zou kunnen komen. Het is een onderdeel voor het Brabants Energieperspectief. Daarbij zijn andere energiebronnen niet meegenomen. “Er is slechts globaal onderzocht of een SMR technisch toegepast zou kunnen worden”, schrijft de gemeente. De locatie Moerdijk zou in het onderzoek technisch gezien een optie zijn. De gemeente benadrukt dat zij niet betrokken is bij dit onderzoek.

Volgens wethouder Danny Dingemans is het onderzoek niet van betekenis voor Moerdijk. Het is namelijk een theoretische studie in opdracht van Provinciale Staten. “Provincie en Rijk hebben bestuurlijk afgesproken dat kernenergie géén onderdeel is van de opgave voor Moerdijk”, stelt de wethouder. Hij is dan ook niet blij met het onderzoek. “Qua timing is de publicatie van het onderzoek op zijn minst onhandig te noemen”, aldus Dingemans.

Geen onderdeel van Powerport

De kleine kerncentrale maakt geen deel uit van de ruimte die in Moerdijk gezocht wordt voor Powerport, schrijft de provincie in het onderzoek. Tijdens het Bestuurlijk Overleg Leefomgeving (BOL) van juni 2025 hebben de partijen dat samen afgesproken. “Dat in dit rapport dan vervolgens toch meerdere mogelijke locaties voor SMR’en in Moerdijk worden geduid is voor de gemeente Moerdijk onbegrijpelijk”, aldus de gemeente.

Daarnaast zijn voor Powerport twee zoekrichtingen gekozen waarvan in juni besloten wordt wat de voorkeur heeft. In het onderzoek naar een plek voor de kerncentrale is het zoekgebied veel groter. Daarin wordt ook de westelijke en zuidelijke richting meegenomen. “Ook dit is niet in lijn met wat we met elkaar hebben afgesproken.”

Daarnaast geeft de gemeente aan dat een kerncentrale meer ruimte inneemt dan de aanlanding van wind op zee. Voor een kleine kerncentrale is ruim 80 hectare nodig. Voor de aanlanding van wind op zee is dat maar 5,5 hectare. Dat terwijl ze volgens de gemeente beide een opbrengst hebben van twee Gigawatt. Daarmee is de aanlanding van wind op zee een stuk efficiënter. Het is om die reden geen alternatief, laat de gemeente weten.

Kritische opmerkingen

Ook heeft de gemeente nog een aantal kritische op- en aanmerkingen op het onderzoek. De hoogspanningsstations waar de kerncentrale op aangesloten zou worden, zijn bijvoorbeeld speciaal voor Prorail gebouwd. Daar kan dus niet zomaar iets anders op worden aangesloten, schrijft de gemeente. Daarnaast is de een gebrek aan geluidsruimte op het Haven- en Industrieterrein een probleem.

Als laatste is er niet genoeg koelwater beschikbaar. In het onderzoek zou alleen gekeken zijn naar hoeveel koelwater er beschikbaar is. Daarbij is geen rekening gehouden met de bedrijven die al gebruik maken van het koelwater. Er wordt volgens de gemeente al veel koelwater gebruikt in het Haven- en Industriegebied.

Dat zorgt al dat er minder kansen zijn voor nieuwe energievoorzieningen. “Dergelijke ontwikkelingen gaan elkaar dus beconcurreren om beschikbaarheid van koelwater. Er kan immers geen koelwater worden ingenomen naast het lozingspunt van een ander bedrijf”, legt de gemeente uit. Er moet daarnaast altijd rekening mee gehouden worden dat het water niet teveel opwarmt.