Roosendaal

Voormalig Nederlands-Indië verdient meer aandacht: ‘Ik weet er niets over’

Gijs van Iwaarden Gijs van Iwaarden

Het is slecht gesteld met onze kennis over het voormalig Nederlands-Indië. Dat concludeert de commissie die door het kabinet hiervoor is aangesteld. Het land wat wij nu kennen als Indonesië heeft een grote rol gespeeld in de Nederlandse geschiedenis. Toch weten met name jongeren ondanks hun geschiedenislessen niet veel over dit onderwerp.

De commissie ‘Versterking kennis geschiedenis voormalig Nederlands-Indië’ vindt dat er juist bij deze groep meer aandacht aan besteed moet worden tijdens de lessen. Nina Robart (24) is docent geschiedenis aan het JTC in Roosendaal. Zij vindt dat historische onderwerpen als Nederlands-Indië meer behandelingstijd moeten krijgen. “Ik denk dat dit stukje koloniaal verleden, het stukje geschiedenis dat we met ons meedragen, wel belangrijk is om te behandelen”, stelt Robart.

Afwisselend

In het centrum van Roosendaal heeft niet iedereen zijn of haar kennis paraat over het onderwerp. Waar de één gemakkelijk kan vertellen over ons koloniale verleden en de slavenhandel die Nederland bedreven heeft, heeft de ander wat hulp nodig bij de betekenis van de VOC. Verenigde… “Oost-Indische Compagnie?”, wordt twijfelend aangevuld.

Oorzaak

De meeste mensen zijn het erover eens dat we onze eigen geschiedenis behoren te kennen. Toch is dit vaak niet het geval. “Het heeft ook te maken met de tijdsnood waarmee wij als geschiedenisdocenten mee te maken krijgen”, vertelt Robart. “Het is een twee-uurs vak waarbij we heel de geschiedenis in de onderbouw bespreken. Daarin moeten keuzes gemaakt worden.” Deze tijdsdruk wordt bevestigd door het winkelend publiek: “Ik kan mij niet herinneren dat er in de geschiedenisboeken veel over gesproken werd.”

Sharina (16) zit in mavo 4 en is één van Nina’s leerlingen. Enthousiast vertelt Sharina over wat zij weet over de geschiedenis over Nederlands-Indië:  “Veel Indiërs werden als slaaf gebruikt voor de landbouw en daar kregen ze te weinig geld voor. Toen kwamen ze in opstand en later viel het land het uit elkaar”, legt Sharina uit. Als ze vervolgens de tweede vraag krijgt over wie Soekarno was klapt de leerling even dicht. Gelukkig kan de student rekenen op bijval van haar lerares, die vervolgens zonder enige moeite de geschiedenis induikt en het haar uitlegt. “Goed leren voor de volgende toets”, wordt er vervolgens ingefluisterd door mevrouw Robart.