Roosendaal

Kermisexploitant Henri: ‘Elk jaar op hun trouwdag kwamen ze terug voor de rupsbaan’

Liselotte de Lobel Liselotte de Lobel

In Roosendaal kunnen bezoekers tot en met donderdag weer genieten van de kermis. Zo staan er achtbanen, grijpautomaten en zijn er diverse eettentjes, maar wie zijn de mensen die deze attracties mogelijk maken? Om daar een antwoord op te vinden nam ZuidWest Update een kijkje op de kermis.

Met haar Brabantse eethuis staat kermisexploitant Eveline Martens tegenover de Onze-Lieve-Vrouw van Altijddurende Bijstandkerk op de Kade in Roosendaal. Precies te midden van de kermisstraat, “de ideale plek”, zegt ze zelf. Al meer dan 25 jaar werkt ze in de kermisbranche. Daar is Eveline via haar man in terecht geraakt.

“Ik kreeg verkering met hem en toen ben ik twee jaar later erbij ingerold zeg maar”, vertelt ze terwijl ze de frieten aan klaarmaken is. “En het bevalt me heel goed.” Want stilzitten, dat is niks voor de onderneemster. Samen met haar gezin trekt ze met de eetkraam door het hele land. “We staan zelfs soms in Duitsland”, vertelt ze.

Familiebedrijf

Het bedrijf dat Eveline en haar man samen runnen is afkomstig van haar schoonouders. “Zijn ouders komen oorspronkelijk van de markt en die zaten vroeger in de textiel. Die zijn daarna de kermis opgegaan, dus eigenlijk van jongs af aan heeft hij daar al ingezeten.” Een echt familiebedrijf dus volgens de onderneemster.

Wie ook met zijn familiebedrijf al jaren op de kermis staat is Henri Knubben. “Ik ben geboren in het vak eigenlijk, bij mijn ouders, en van daaruit altijd mee doorgegaan.” Samen met zijn familie en schoonfamilie hebben ze ongeveer twintig attracties onder zich.

Kusje onder de kap

“Met deze attractie doe ik het al dertig jaar”, zegt hij glimlachend. “Al dertig jaar hier achter de kassa en de knopjes.” Daarmee bedoelt hij de welbekende ‘Rupsbaan’, of ook wel “het kusje onder de kap”, aldus Henri. Vele relaties zijn daar ontstaan, vertelt hij.

Zo is er een echtpaar dat al meer dan vijftig jaar speciaal naar Henri zijn attractie toekomt. “Die zijn elk jaar bij mij gekomen, en waren vijftig jaar getrouwd. Elk jaar op hun trouwdag kwamen ze terug voor de rupsbaan, dat zijn hele leuke dingen.”