Roosendaal

Leendert Arie Nobel (97) krijgt Ereteken voor Orde en Vrede uitgereikt

Uitreiking Nobel Roosendaal Buijs

De uitreiking van het Ereteken voor Orde en Vrede aan de heer Nobel (foto: gemeente Roosendaal - Timo Reisiger).

Tomlin Smits Tomlin Smits

Tijdens het Bevrijdingsconcert in Roosendaal heeft Leendert Arie Nobel het Ereteken voor Orde en Vrede uitgereikt gekregen. Donderdagavond verraste burgemeester Mark Buijs de 97-jarige veteraan met de onderscheiding. Hiermee krijgt Nobel erkenning voor zijn inzet tijdens de diensttijd in het voormalig Nederlands-Indië.

Tijdens het Bevrijdingsconcert, georganiseerd door muziekvereniging De Gildezonen, kregen de jongste en oudste aanwezige Roosendaalse veteraan de zilveren Roos uitgereikt. De Roos is een verzilverde broche bedoeld als blijk van waardering door de dierbare die voor de uitgezonden militair tijdens zijn of haar uitzendperiode het meest heeft betekend. De militair ontvangt de zilveren Roos zelf, om hem later bij het ’thuisfront’ op te spelden. Als oudste aanwezige veteraan kreeg Nobel daarom de zilveren Roos opgespeld.

Blijvende erkenning

Na de uitreiking mocht Nobel nog even blijven staan en reikte Buijs hem het Ereteken voor Orde en Vrede uit. Hiermee krijgt de veteraan alsnog zijn blijvende erkenning voor zijn bijdrage aan de vrede en wederopbouw. Nobel trad namelijk in 1947 in dienst bij het opleidingsregiment Luchtvaarttroepen. In mei 1948 vertrok hij per boot naar Djakarta, een reis die ruim drie weken duurde. Vanuit daar werd Nobel geplaatst op de vliegbasis Kalidjati, waar hij ruim twee jaar diende als betaalmeester.

Zonder enige beveiliging haalde Nobel daar contant geld op in Djakarta om salarissen uit te keren aan de militairen op de basis. Gewapend met slecht een revolver en een stevige dosis moed moest Nobel het iedere keer maar weer voor elkaar zien te krijgen. Tijdens zijn uitzending stuurde hij brieven naar zijn verloofde om toch contact te houden, al deed de post er soms weken over om te arriveren. Na twee jaar, op 7 mei 1950, keerde Nobel terug naar Nederland, waarna hij later dat jaar met groot verlof ging.