Bergen op Zoom

Nieuwsanalyse: Wethouder heeft lastige boodschap uit te leggen in Den Bosch

Landgoed Vrederust (Google Street View)

Han Verbeem Han Verbeem

Terwijl de woningnood in Brabant hoog is en de provincie stevige eisen stelt aan woningbouwopgaven, moet wethouder Joey van Aken in Den Bosch uitleggen waarom één van de meest kansrijk geachte bouwlocaties in Bergen op Zoom plots ter discussie staat. De draai rond landgoed Vrederust komt op een moment dat de stad juist op het punt stond grote stappen te zetten in haar ambitieuze bouwagenda – en dat maakt de boodschap richting provincie extra ongemakkelijk.

Bergen op Zoom wil tot 2040 ongeveer 7.000 nieuwe woningen realiseren, gerekend vanaf 2023, verspreid over vier focusgebieden. Eén van die gebieden – het landgoed Vrederust – is echter recent uit de plannen gehaald. In plaats van woningbouw wordt het terrein, als het aan een raadsmeerderheid ligt, behouden als zorglandgoed met ruimte voor geestelijke gezondheidszorg. Een motie daartoe werd vóór het zomerreces aangenomen, mede door een verrassende draai van de VVD, de partij die juist het ‘bouwen, bouwen, bouwen’ hoog in het vaandel heeft staan.

Fractievoorzitter Jim Bernaards verdedigde het besluit online als “een keuze voor zorg en leefbaarheid”. Op papier worden de woningen uit Vrederust nu gecompenseerd in gebieden als Lepelstraat en Halsteren, maar of dit planologisch haalbaar is, is nog onduidelijk.

Voor wethouder Van Aken, verantwoordelijk voor de woningafspraken met de provincie, is de timing van de motie bijzonder pijnlijk. Niet alleen had hij de raad met klem ontraden om Vrederust van de kaart te vegen, het ondermijnt ook de afspraken met de provincie. Die stelt duidelijke eisen: veel woningen, snel gebouwd, en met een stevige sociale component. De woningverdeling (30 procent sociaal, 40 procent middenklasse, 30 procent hoger segment) is een gevoelig evenwicht waar moeilijk op te schuiven valt.

De draai komt bovendien op het moment dat Bergen op Zoom miljoenen euro’s aan provinciale subsidies heeft ontvangen voor dure infrastructurele aanpassingen – cruciaal om de verwachte bevolkingsgroei te kunnen opvangen. Denk aan de geplande aanpassingen op de Calandweg, Erasmuslaan en de Olympialaan. Deze investeringen zijn in belangrijke mate gestoeld op de verwachte woningbouw, inclusief Vrederust.

De motie van D66 – gesteund door coalitiegenoten VVD, GroenLinks-PvdA en Lokaal Realisme – zet wethouder Van Aken in een lastig parket. Bestuurlijk gezien is de draai moeilijk uitlegbaar: waarom pleit het college voor woningbouw op Vrederust, terwijl een deel van de coalitie publiekelijk het tegendeel besluit? Het oogt chaotisch, en het ondermijnt het vertrouwen richting provincie en externe partners.

Dat juist VVD-voorman Bernaards de draai publiekelijk als ‘winst’ presenteert, lijkt meer met electorale profilering te maken dan met consistent bestuur. Met de verkiezingen in zicht is het verleidelijk om bewoners te paaien met behoud van zorgfuncties en het weren van ‘overlastgevende opvang’. Maar of dat verenigbaar is met de strategische afspraken met de provincie, is een open vraag.

De gevolgen kunnen groter zijn dan alleen gezichtsverlies. Als blijkt dat Bergen op Zoom zijn woningbouwdoelstelling niet haalt, hangt het risico boven de markt dat subsidie moet worden terugbetaald of toekomstige investeringen op de tocht komen te staan. Dat zou de ambities van de stad flink kunnen vertragen – en het vertrouwen van Den Bosch beschadigen.

Wethouder Van Aken staat voor een uitdagende opdracht: hij moet in Den Bosch uitleggen waarom een politiek besluit, tegen zijn advies in, de bouwambities van de stad onder druk zet. Inhoudelijk is het besluit moeilijk te verdedigen, zeker zonder concreet alternatief dat dezelfde woningbouwwaarde biedt. Politiek lijkt de wethouder geofferd voor de korte termijnbelangen van coalitiegenoten die zich willen profileren richting de kiezer.

De komende maanden zal moeten blijken of de provincie genoegen neemt met deze koerswijziging – of dat Bergen op Zoom een prijs betaalt voor deze interne koersverandering. Eén ding is duidelijk: de wethouder moet met méér komen dan een goed verhaal alleen.