West-Brabant

Ook voor vuurspuwster Desiree zijn afgelaste optochten een domper: ‘Wéér niet vlammen’

Sven de Laet Sven de Laet

Niet alleen voor de vele bouwclubs in de regio is het jammer dat er de komende dagen geen optocht door het carnavalsgedruis trekt. Ook vuurspuwster Desiree Breuer uit Sint Willebrord baalt, nu ze zaterdagavond voor het tweede jaar op rij niet kan vlammen in de lichtjesoptocht van Standdaarbuiten.

Het vonkje sprong bij Desiree over toen ze in 2018 een groepje waaghalzen met vlammende attributen aan de gang zag in een park in Breda. “Ze vroegen me of ik ook eens wat wilde proberen. Dat vond het stiekeme pyromaantje in mij wel leuk.” Meteen was ze verkocht. “Het doet zoiets speciaals met me. Overdag ben ik een behoorlijk introverte huismoeder. Een beetje verlegen zelfs. Maar zodra ik dat pak aantrek… Dan kan ik oprecht de hele wereld aan.”

Ik heb mijn man inmiddels ook aangestoken. Figuurlijk dan.

Sindsdien treedt Desiree op tijdens evenementen door het hele land. Van bruiloften tot zomeravonden in pretpark Toverland. En inmiddels heeft ze gezelschap. “Ik heb mijn man inmiddels ook aangestoken. Figuurlijk dan. Hij is inmiddels net zo gepassioneerd als ik.”

Ondanks al die optredens op de meest bijzondere plekken, stond één ding nog altijd op haar lijstje: “Een carnavalsoptocht. Als kind wilde ik altijd al een keer meelopen, maar dat kwam er nooit van.” Lang hoefde Desiree dan ook niet te twijfelen, toen ze twee jaar terug werd gebeld door BC De Markbouwers. “Het thema van hun wagen dat jaar was duizend-en-één-nacht en daar zochten ze iets bijzonders bij.”

Die avond stond er behoorlijk wat wind. En dan met al dat publiek langs de kant…

Nou, dan ben je bij de vuurartieste wel aan het juiste adres. Toch was het nog even spannend of het allemaal wel door kon gaan. “Die avond stond er behoorlijk wat wind. En dan met al dat publiek langs de kant…” Uiteindelijk viel het kwartje de goede kant op. “Op bepaalde stukken van de route waaide het een stuk minder. Dan zorgde mijn man, die ook meeliep, dat de fakkel alvast brandde. Die gaf hij dan snel aan mij, samen met het flesje vol brandstof. En dan was het vlammen geblazen.”

Mensen die er die avond bij waren, zullen de vurige capriolen nog wel herinneren. “Je zag hoe enthousiast iedereen was. En ook voor de cameraploegen was het geloof ik een aardig beeld.” Al met al was het zo’n succes, dat een herhaling zeker op de loer ligt. “Volgend jaar hoop ik er toch echt weer bij te zijn.”