’t Tapperijke Hoeven: ‘We gaan wel met vakantie maar niet elk jaar, willen er zijn voor de klanten’

ZuidWest Update gaat de komende weken op kroegentocht. Niet langs de stadse markten en pleinen maar door het buitengebied. We zijn op zoek naar bruine kroegen die zich bevinden in de dorpen en het platteland van West-Brabant. Kees Broos (67 jaar) is al veertig jaar de eigenaar van ’t Tapperijke. Samen met zijn onvoorwaardelijke steun en toeverlaat Anja (67) runt hij de nog enige bruine kroeg in Hoeven.

“Toen we hier begonnen hadden we zeven collega’s met zulke cafés in het dorp”, begint Kees zijn verhaal. Hij neemt ons mee tot in de jaren waar dubbeltjes, kwartjes en guldens nog de betaalmiddelen waren.

De kastelein had het al medegedeeld: “Let op, vanaf 13.00 uur zijn ze wel aan het biljarten hier.” Bij het binnenlopen van het ’t Tapperijke in Hoeven blijkt dat niet de enige doordeweekse bezigheid te zijn. “Sssttt”, klinkt het door de zaal terwijl er strenge blikken naar elkaar kijken om de stilte terug te brengen. Het bijbehorende zaaltje is rijkelijk gevuld met tafels waaraan mensen bingo zitten te spelen.

Dubbeltjes en kwartjes omdraaien

Kees zit te wachten in de ruimte ernaast, die net als de bingozaal is voorzien van een donkerbruine tapkast. “Veertig jaar geleden zijn mijn vrouw Anja en ik begonnen met het kleine gedeelte aan de voorkant. We moesten soms de kwartjes en dubbeltjes omdraaien. In die tijd waren we niet de enige kroeg in Hoeven maar hadden we nog zeven collega’s.”

Daardoor kregen ze gaandeweg kansen om het café uit te breiden. “Op een gegeven moment hebben we de naastgelegen bibliotheek overgenomen. Dit ging door je bod in een envelop in een melkbus te stoppen. Uiteindelijk zaten er vier enveloppen in de bus. Wij hebben het toen gewonnen met een paar duizend euro verschil. We zijn daarna huilend van blijdschap teruggelopen naar huis”, vertelt Kees die er nu nog zichtbaar lol om heeft.

Veranderde tijden maar blij met 160 biljarters

De Corona-tijd heeft er geen goed aan gedaan. Toen ontstonden er, logischerwijs, overal “barretjes” aan huis en in de schuren. Daarmee verdween ook de jeugd een beetje uit het café. “We zijn dus bijvoorbeeld heel blij met de 160 biljarters die we hier per week ontvangen”, gaat Kees door met zijn verhaal. “Je ziet dat de jeugd ook niet altijd meer zin heeft in de kroeg. De mentaliteit is veranderd. Pasgeleden hadden we hier een feestje en toen zaten ze met zijn allen op hun mobiele telefoon te kijken. Anderen kijken op hun beurt weer echt uit naar het moment in de week dat ze hier naar toekomen”, benadrukt Kees.

Het is rendabel maar naar de uren moet je niet kijken.

Met de carnaval is het in ’t Tapperijke nog altijd heel druk. En met de aankomende kerst heeft de KPJ – Katholieke Plattelands Jongeren- hun kerstbal hier. “Wij hebben altijd goed kunnen leven van onze bruine kroeg. Ook omdat we het rustig aan hebben uitgebouwd. Maar naar uren moet je niet kijken. Anja, mijn vrouw, doet nu het meeste werk. Zij maakt weken van zestig tot honderd uur”, volgens Kees. Hij is door persoonlijke omstandigheden niet meer in staat om al het zware werk te verrichten. “Wij gaan ook wel met vakantie, maar niet elk jaar. We willen er zijn voor de klanten”, aldus de 67-jarige kroeguitbater.

Juni 2026 stopt het ’t Tapperijke

Als we Kees vragen hoe hij aankijkt tegen de sluiting van het ’t Tapperijke in juni 2026 antwoordt hij gelaten: “Ik denk er eigenlijk niet zoveel over na. Gelukkig hebben de biljarters een nieuw onderdak. Anderen zijn nieuwsgierig wat er met alle spulletjes uit ’t Tapperijke gaat gebeuren. Die gaan we veilen. Maar dat regelen andere mensen allemaal, dus daar heb ik geen omkijken naar. Het is goed zo”, sluit Kees tevreden af.