Bezoekerscentrum erevelden in steigers en op schema

Eerder dit jaar, op 17 april, werd het startsein gegeven voor de bouw van het Bezoekerscentrum Militaire Erevelden in Bergen op Zoom. Meer dan een half jaar verder zijn de buitenmuren van het gebouw opgetrokken en is de ingang van Cortenstaal duidelijk zichtbaar.

Giel Janssen, voorzitter van de stichting Bezoekerscentrum Militaire Erevelden in Bergen op Zoom, vertelt over de datum van de opening en wat er te zien zal zijn binnen in het gebouw. Maar ook over de grote hoeveelheid vrijwilligers die nog nodig zijn en het bijzonder hoge bedrag dat een benefietavond opleverde.

Bestuur zet de schouders eronder.

Hij is er deze dagen druk mee. “Ik loop nu met een groepje over de bouwplaats van het bezoekerscentrum en om vier uur heb ik nog een vergadering”, klinkt hij energiek. Om er vervolgens aan toe te voegen: “Foto’s maken mag hoor, maar er is echt nog niet veel te zien.” Aan de Ruytershoveweg in Bergen op Zoom blijkt het tegendeel waar. Daar zijn tussen de gele herfstbladeren de kenmerkende ovale contouren van het bezoekerscentrum te ontwaren.

Giel legt uit dat hij absoluut niet de enige is die zoveel uren in de het centrum steekt. “Het voltallige bestuur zet zijn schouders eronder. Zelf zou ik het liefst elke dag naar de bouw gaan kijken”, vertrouwt de voorzitter.

Meer dan 26 duizend euro aan sponsorgeld

Vorige week donderdag was er een benefietavond die werd aangeboden door serviceclub de Ronde tafel Bergen op Zoom. Hierdoor was het bestuur van het bezoekerscentrum Erevelden erg verrast. Die avond zijn er verschillende zaken geveild van 100 kilo snoep tot aan een reis naar Spanje. “Wat we totaal niet hadden verwacht is dat we op het eind van de avond een bedrag van meer dan 26 duizend euro overhandigd kregen”, vertelt Giel.

We liggen op schema.

“We denken in de tweede week van januari 2026 klaar te zijn met de bouw, dus we liggen op schema. Dan pas begint het inrichten van de binnenkant en dat is nog een behoorlijke klus. De informele opening is dan in mei van dat jaar en op 8 oktober 2026 is de officiële opening.”

De inhoud van het gebouw

In de eerste ruimte die je binnenkomt zal er een film te zien zijn over het offensief bij de Schelde. Er komt daar ook een grote plattegrond met daarop het gebied van Antwerpen, Moerdijk tot aan Walcheren. Deze kaart is zo’n zes meter breed zijn en reikt tot aan het plafond. Op die kaart zie je het verloop van de strijd. Memorabele plekken zoals bijvoorbeeld de Sherman tank in Woensdrecht op de Brabantse Wal worden extra uitgelicht.

Verder komen er ook veteranen uit de huidige tijd aan het woord. Zij laten horen hoe het voor hen was om je familie te moeten missen en ondertussen in moeilijke situaties in het buitenland te zitten. “Want laten we het niet vergeten, die ellende is nog steeds de wereld niet uit”, aldus Giel.

Meer dan hun naam en regiment

De achtergronden van de overledenen op de erebegraafplaatsen komen aan bod op foto’s van tien bij tien centimeter. Via een computer is dan meer te zien dan alleen hun naam en regiment. Namelijk ook over wat zij eigenlijk voor beroep hadden, wie hun familie was en waar ze woonden.

We willen mensen aan het denken zetten.

Tot slot komt er een educatieve ruimte met vijftig zitplaatsen en worden er leskisten ontwikkeld voor de scholen die een bezoek brengen aan het centrum. “We zijn geen museum en willen met het bezoekerscentrum de mensen aan het denken zetten. Wel zijn er enkele attributen te zien. Heel bijzonder is dat we houten kruizen uit een privécollectie mogen lenen. Dit zijn kruizen die gebruikt zijn op voorlopige graven uit de Tweede Wereldoorlog”, benadrukt Giel.

Honderd vrijwilligers nodig

“Behalve dat er voor zo een project altijd geld nodig is, bijvoorbeeld voor onvoorziene bouwkosten. Daarnaast hebben we straks echt vrijwilligers nodig. Voor het zetten van koffie tot en met blazen van de bladeren en het geven van rondleidingen. We kunnen wel honderd mensen gebruiken omdat vaak niet iedereen een hele dag kan. Later zullen we bekend maken hoe mensen zich hiervoor kunnen aanmelden. Ik weet dat er veteranen zijn die dit gaan doen en ik ga zelf ook een handje bijsteken”, sluit de voorzitter af.