Bergen op Zoom

Geen extra vuilnisbakken in Bergen op Zoom

Bianca van Vugt Bianca van Vugt

De gemeente Bergen op Zoom is niet van plan grotere of extra vuilnisbakken neer te zetten. Dat antwoorden wethouders Barry Jacobs en Patrick van der Velden op vragen van Lijst Linssen.

Lijst Linssen had vastgesteld dat er op sommige plekken in de gemeente Bergen op Zoom problemen waren met te volle afvalbakken. De partij had gevraagd of de gemeente samen met afvalverwerker Saver iets aan de overvolle bakken kon doen. En of er grotere of meer vuilnisbakken geplaatst konden worden. Dat laatste is de gemeente niet van plan.

Meer afvalbakken dan gemiddeld

De wethouders antwoordden deze week dat Bergen op Zoom al meer afvalbakken heeft per inwoner dan andere steden. In 2015 stonden er in Bergen op Zoom gemiddeld 17,4 afvalbakken per 1000 inwoners. Landelijk is dat maar 11 bakken. Voor diftar-gemeentes, waar inwoners alleen betalen als ze afval aanbieden, is het gemiddelde zelfs maar 6,7 afvalbakken per 1000 inwoners.

“Daarmee heeft Bergen op Zoom als diftar gemeente bijzonder veel afvalbakken. Afvalbakken die volgens de plaatsingscriteria in het zwerfafvalbakkenbeleidsplan niet op die locatie zouden moeten staan, zijn in de loop van de tijd weggehaald. Een groei van het aantal bakken wordt, zowel gezien de richtlijnen als in financieel opzicht, sterk ontraden, ” aldus de wethouders.

Saver neemt al maatregelen

Jacobs en Van der Velden laten weten dat Saver al controles uitvoert op plaatsen waar overlast is. Op die plekken worden ook maatregelen genomen, schrijven ze: “Dit kan variëren van het aanbrengen van een inwerpverkleiner waardoor vogels minder makkelijk afval uit de bak kunnen trekken of het plaatsen van een grotere afvalbak, tot het verscherpen van toezicht en controle door de Afval-BOA.”

Eén van de problemen met de overvolle afvalbakken, is dat sommige mensen er hun huishoudelijk afval in gooien. Of zelfs bedrijfsafval.  “Door extra controle op de inhoud wordt getracht de veroorzaker daarvan te achterhalen en deze aan te spreken of te verbaliseren,” aldus Jacobs en Van der Velden.