Bergen op Zoom

College wil azc met 300 bedden in Bergen op Zoom: locatie nog te bepalen

De nieuwe spreidingswet draagt gemeenten op onderdak te bieden aan asielzoekers, vluchtelingen die vaak onder erbarmelijke omstandigheden naar Nederland zijn gevlucht..(Pixabay)

Han Verbeem Han Verbeem

Bergen op Zoom bereidt zich voor op de opvang van 248 tot 300 asielzoekers, het college heeft hierover onlangs afspraken gemaakt en neemt binnenkort een besluit over de huisvestingslocatie binnen de gemeente. Dat heeft wethouder Joey van Aken de Bergse gemeenteraad vrijdagmiddag laten weten, namens het Bergse college. In totaal komen in het gebied van deze Veiligheidsregio 4.148 asielopvangplaatsen, die over een aantal gemeenten naar ratio worden verdeeld.

Wethouder Joey van Aken zegt dat het belangrijk is om juist nu daadkrachtig op te treden. “We kunnen het er wel lang en breed over hebben, maar de gemeenten moeten hierin hun verantwoordelijkheid nemen. Als Bergs college wachten we niet af, maar nemen we zelf het voortouw”, zegt de lokale bewindsman in een reactie. “De gemeente gaat hierin echt mee, omdat komende spreidingswet dit opdraagt.” Het zou gaan om een tijdelijke voorziening, voor de duur van vijf jaar. Vanwege deze tijdelijkheid ligt de beslissingsbevoegdheid bij het Bergse college en niet bij de raad.

Asielzoekers en vergunninghouders

De Bergse gemeenteraad komt hier echter nog wel over te spreken, het college gaat na 27 maart de discussie aan met de raad over asielopvang en over de dan voorgestelde locatie. De 248 tot 300 plaatsen zijn voor asielzoekers en voor vergunninghouders -voorheen statushouders genoemd- die nog in afwachting zijn van een woning in de regio. Ook voor permanente huisvesting zoekt het college nog naar oplossingen, aldus Van Aken. De opvangplaatsen zijn niet bedoeld voor crisisnoodopvang, benadrukt hij. De kosten voor de asielopvang worden betaald door het COA. Het nieuwe azc moet volgend jaar gereed zijn, aldus Van Aken: “De datum 1 januari 2024 klinkt nog ver weg, maar uit ervaring weten we dat het gereed maken van een opvanglocatie de nodige tijd in beslag neemt.”