Roosendaal

Burgemeester vindt dat hij de raad eerder had moeten informeren over drugsmanifest

Burgemeester Han van Midden

Burgemeester Han van Midden

Bianca van Vugt Bianca van Vugt

Burgemeester Han van Midden van Roosendaal beseft dat hij de gemeenteraad eerder had moeten inlichten over het Manifest Ondermijnende Criminaliteit. Dat antwoordt hij op vragen van de VLP. Ruim veertig burgemeesters roepen in het manifest op tot een andere aanpak van de drugscriminaliteit. Zoals meer preventie en het legaliseren van softdrugs. Het leek Van Midden niet nodig de gemeenteraad vooraf in te lichten over het manifest. Maar daar komt hij nu op terug.

De VLP had om opheldering gevraagd, vooral omdat de burgemeester ineens een ander standpunt heeft over softdrugs. “Sinds uw aantreden als burgemeester in Roosendaal heeft u voornamelijk aan de gemeenteraad laten blijken tegen enige vorm van legalisering van softdrugs te zijn,” schreven de VLP-raadsleden Alex Raggers en Eric de Regt aan de burgemeester. En ze baalden er flink van dat ze in de media moesten lezen dat Van Midden er nu anders over dacht.

Gemeenteraad had manifest voor of tegelijk met media moeten krijgen

Van Midden heeft het manifest samen met andere burgemeesters opgesteld. En hij was niet verplicht de gemeenteraad daarbij te betrekken. Het leek hem ook niet nodig ze vooraf in te lichten. “Doordat de focus op rijksbeleid ligt en geen directe consequenties heeft voor onze lokale setting heb ik daar in eerste instantie geen noodzaak toe gezien. Als burgemeester ben ik op meerdere thema’s (landelijk) actief en komen er vaker zaken in de media,” antwoordt hij op de vragen van de VLP. Maar hij vindt nu dat hij het anders had moeten doen. “Achteraf leert deze casus mij dat ik voorafgaand, dan wel tegelijkertijd, met het verschijnen van het manifest in de media u een afschrift had moeten toekomen.”

De burgemeester bevestigt dat hij anders is gaan denken over het legaliseren van softdrugs. “Het is mijns inziens echter wijzer om van mening te veranderen op basis van nieuwe ontwikkelingen, inzichten en feiten dan aan je mening vast te blijven houden,” schrijft Van Midden. Hij vindt het jammer dat de legalisering van softdrugs er nu uit wordt gepikt, terwijl het manifest veel breder is. “Het manifest is gericht op de landelijke overheid en deze burgemeesters vragen om het versterken van preventie van (jeugd)criminaliteit enerzijds en het effectiever maken van repressie anderzijds,” legt Van Midden uit. “Daarbij is het legaliseren van softdrugs een relevant, maar beperkt onderdeel in het manifest. Helaas krijgt dat nu de overhand in de media-aandacht.”

Coffeeshops gaan niet meteen weer open

Bovendien betekent het niet dat er nu ineens toch weer coffeeshops geopend mogen worden in Roosendaal. Want het manifest gaat over landelijk beleid. En de coffeeshops vallen onder gemeentelijk beleid. Dus hoe de burgemeester van Roosendaal daar mee om wil gaan, kan hij zelf bepalen. “Op basis van de Opiumwet is de burgemeester formeel het bevoegd orgaan om beleid (zoals het nul-beleid) omtrent deze materie vast te stellen.”

Volgens Van Midden zou het goed zijn voor Roosendaal als de landelijke overheid aan de slag gaat met het Manifest Ondermijnende Criminialiteit. Hij hoopt dat er discussie komt over het gedoogbeleid en dat er een beter beleid komt. Zo’n beleid zou aan de ene kant gericht moeten zijn op het voorkomen van criminaliteit, vooral onder jongeren. En aan de andere kant op repressie, dus op het pakken en straffen van criminelen. “Dat heeft voor Roosendaal alleen maar voordelen, gezien de grote invloed van ondermijnende criminaliteit in ons straatbeeld,” aldus Van Midden.

Lees ook: Is de Roosendaalse burgemeester van mening veranderd over legaliseren softdrugs? Lees ook: Burgemeesters zijn aanpak drugscriminaliteit zat: ‘Bananenrepubliek dreigt’