Roosendaal

Dorps- en wijkhuizen moeten actief de leefbaarheid in hun buurt gaan verbeteren

Voorgevel in gele bakstenen en rode deur van buurthuis Keijenburg in Roosendaal

Buurthuis Keijenburg in Roosendaal © Christian Traets Fotografie

Bianca van Vugt Bianca van Vugt

De elf dorps- en wijkhuizen in de gemeente Roosendaal krijgen vanaf volgend jaar een ander soort subsidie. De gemeente gaat meer kijken naar welke activiteiten ze organiseren en wat elk buurt specifiek nodig heeft. Tot nu toe was de subsidie bijvoorbeeld afhankelijk van hoe groot een buurthuis is, dus hoeveel vierkante meter het gebouw heeft. Voortaan krijgen ze een subsidie die meer gebaseerd is op de echte kosten en op de activiteiten. De elf buurthuizen moeten dan wel helpen de leefbaarheid in het dorp of de wijk te verbeteren.

De gemeente Roosendaal trekt ook meer geld voor uit voor de elf dorps- en wijkhuizen. In vier jaar tijd krijgen ze in totaal 2,6 miljoen euro. Dat komt neer op zo’n 650.000 euro per jaar. De laatste jaren kregen ze samen zo’n 500.000 euro. Hiermee moeten de buurthuizen aan de slag met “een sociale programmering”, zoals de gemeente het noemt. “Waarmee ze hun maatschappelijke rol in de dorpen en wijken optimaal kunnen gaan invullen. Een mooie en logische ontwikkeling in een tijd waarin de behoefte aan sociale cohesie groter is dan ooit.”

Ook nog gewoon gezellig kopje koffie of thee

De nieuwe manier van subsidiëren was een wens van de Roosendaalse gemeenteraad. “Daarbij hoorde onder andere een verschuiving van steen- naar activiteitensubsidiëring,” legt de gemeente uit. Ze heeft in 2020 onderzocht wat de mogelijkheden waren en 2021 gebruikt als overgangsjaar. Nu is de nieuwe subsidieregeling klaar en gaat op 1 juli in.

Het is de bedoeling dat de dorps- en wijkhuizen een grotere maatschappelijke rol gaat spelen in hun buurten. Ze moeten de veerkracht van inwoners versterken en zorgen dat zij zich mentaal en sociaal goed voelen. Sommige dingen blijven als vanouds. Zoals even binnen kunnen lopen voor het gastvrije kopje koffie of thee met een gezellig praatje. Maar de buurthuizen moeten ook actief bij gaan dragen aan de leefbaarheid in hun dorp of wijk. En dat is geen kleinigheid.

Vooral kwetsbare inwoners welkom heten

“Dat is met name belangrijk voor inwoners die niet goed in staat zijn om zelfstandig ontmoeting te organiseren. Deze groep heeft een duwtje in de juiste richting nodig, zodat zij ergens “landen” en zich welkom en thuis voelen,” legt de gemeente Roosendaal uit. “Ook gaat speciale aandacht uit naar inwoners die door een combinatie van factoren in een kwetsbare situatie terecht komen. Denk aan verminderde mobiliteit, laaggeletterdheid, een beperkt netwerk, (psychische) ziekte, een beperkte intelligentie, verlies van werk, schulden, etc.”

Deze nieuwe aanpak past bij de ambities van de gemeente om een “duurzaam, sterk en aantrekkelijk Roosendaal” te krijgen. Een plek waar iedereen mee kan doen, wat je leeftijd, afkomst, geslacht, geaardheid, opleiding, inkomen of beperking ook is. Maar er komt dan dus wel een flinke taak te liggen bij de dorps- en wijkhuizen.

“We vragen best wel wat van de besturen”

Wethouder Inge Raaijmakers beseft dat het een uitdaging is. “Laten we niet vergeten dat de dorps- en wijkhuizen bestaan dankzij de vele vrijwilligers. Er staat nu iets nieuws te gebeuren en we vragen best wel wat van de besturen. Wat hulp is dus zeer gewenst en die bieden we dan ook,” belooft ze.

De gemeente heeft hierover overleg gehad met de besturen van de dorps- en wijkhuizen. Ze hebben samen besproken wat de elf buurthuizen nodig hebben en hoe de subsidieregeling er uit zou moeten zien. “En ook de komende periode krijgen zij actief hulp en ondersteuning van ons en diverse andere partijen (oa opbouwwerk), zoals bij het opstellen van de sociale programmering,” aldus de wethouder.

Lees ook: Subsidie op maat voor Roosendaalse buurthuizen vanaf 2022