Beoogde landelijke subsidie blijft uit, toch geeft PopMonument geld terug

Na het gepubliceerde besluit van het Bergse college, om 15.000 euro te steken in de uitgeklede corona-editie van PopMonument, ontstond heel wat maatschappelijke en politieke commotie. De organisatie van het festival laat in een dinsdagmiddag verstuurde verklaring weten dat te betreuren en heeft zelf ook nieuws. De beoogde landelijke subsidie van het Fonds Podiumkunsten blijft weliswaar uit, maar toch wordt de helft van de gemeentelijke bijdrage teruggestort.

Bestuursvoorzitter Rik Peters houdt het op een zelfde verklaring als die wethouder Patrick van der Velden vorige week gaf, als het gaat om de waarde van PopMonument voor de gemeente. Hij omschrijft het festival als een cultureel visitekaartje en een ontdekkingsreis die het erfgoed en de geschiedenis van de stad op de kaart zet voor een breed publiek. Dat zou tot ver buiten de regio reiken.

Opvallende beslissing

De speciale coronaproof editie is door landelijke fondsen en provinciaal enorm toegejuicht, aldus voorzitter Peters. Hij wijst tevens op de verschillende partners die PopMonument financieel willen ondersteunen. In dat kader is de motivatie van het Fonds Podiumkunsten opvallend te noemen. Het Bergse festival kreeg eerder bijdragen hieruit voor de edities van vorig jaar en die van 2020. De reden om dit niet met een nieuwe meerjarige subsidie van vier jaar te blijven steunen is lang en weinig lovend. De commissie beoordeelt de artistieke positie van PopMonument als ‘zwak’ en vindt dat er te weinig sprake is van visie. Er had meer en beter uitgelegd moeten worden wat men van plan is de komende jaren. Ook de publieksfuncte van het evenement wordt ‘zwak’ genoemd, terwijl het college en PopMonument dit zelf juist als speerpunten benoemen.

Helft terug, mooi gebaar

De editie 2020 gaat in ieder geval wél door. Peters laat weten: “Juist in deze tijd waarin cultuur- en evenementmakers het zeer zwaar hebben, is het van belang dat er activiteiten zijn voor de hele culturele keten: van de artiest, technici en horeca tot productiepersoneel en beveiliging.” Het wordt dus blijkbaar ook gezien als een (financiële) steun in de rug voor de sector. Het is mede mogelijk door de voor dit jaar nog wel verstrekte subsidies van Fonds Podiumkunsten, Kunstloc en vanuit de provincie. Omdat het landelijke VSBfonds onlangs toezegde deze speciale editie te supporten, lukt het PopMonument zelfs om de helft van de veel bekritiseerde gemeentelijk bijdrage van 15.000 euro terug te betalen. Gemeentewoordvoerder Erwin Stander noemt het een mooi gebaar.

Bij Lijst Linssen, één van de partijen die fel protesteerde tegen de bijdrage uit de gemeentepot, zijn ze nog steeds niet blij. Volgens burgerlid Julien Voets blijft de toegezegde subsidie een verkeerd signaal richting bewoners en ondernemers die direct of indirect last hebben of gaan krijgen van de lokale schuldenlast. Hij stelt: “Wat ons betreft wordt het resterende bedrag ook teruggestort.” De VVD was en blijft vooral kritisch op het feit dat de raad niet gekend was in de subsidiebeslissing, meldt fractievoorzitter Rian Govers.

Teleurgesteld en verrast, maar wel verder

Namens PopMonument laat woordvoerder Joep Gudde nog weten dat de organisatie natuurlijk teleurgesteld is over de niet toegekende landelijke subsidie. En ook wel verrast over het gevelde oordeel, omdat dezelfde organisatie eerdere edities wel ondersteunde. Maar verder wil hij vooral vooruit kijken, onder meer naar de iets gewijzigde programmering van deze editie. Harpist Remy van Kesteren zou eigenlijk spelen in de Ontmoetingskerk maar dat is verplaatst naar de Getrudiskerk. “We hebben voor het programma nu zo’n zeventig procent van de tickets verkocht”, vertelt Gudde. “Wanneer die allemaal verkocht zijn, gaan we voor dat optreden ook wat losse entreebewijzen aanbieden. Dat kan in die grotere ruimte en zo verdienen we nog wat meer van de kosten terug.”

PopMonument 2020 is op zaterdag 12 september. Tickets koop je hier.